
De hal, wat moet je ermee?
Architecten noemen het de verkeersruimte. De ruimte waar alles samenkomt: de hal, overloop en trap. Meestal is het er saai, soms ronduit rommelig.
Maar dat hoef je niet zo te laten. Met een paar simpele ingrepen, een spannend vloerkleed, een mooi oud houten bankje of een bijzondere kapstok tover je die paar vierkante meters om tot een ruimte waar je de hele dag wel naar zou willen kijken.
Praktische inrichting
Een hal is een kleine ruimte. Een ruimte die enkel dient als doorloopruimte. Dit biedt mogelijkheden, maar beperkt je ook. De mogelijkheden om er doorheen te lopen moeten niet ten koste gaan van de inrichting van de hal.
Hou de hal rustig!
Hou de hal daarom vooral rustig. Het is de eerste binnenkomst voor jezelf en voor je gasten. Het is prettig als deze dan niet te vol staat en als men gelijk duidelijk ziet waar men zijn jas moet ophangen. Plaats daarom geen grote ‘volwassen’ meubelen of kasten in de hal, maar kleine smalle plankjes, boekenplanken, smalle sidetables of ingebouwde kastjes.
Sfeer in de hal
Naast een praktisch ingericht gedeelte, wil je natuurlijk ook dat je hal sfeer uitstraalt. Met een mooi vloerkleed en een stoer behang, heb je al voldoende elementen om je hal om te bouwen tot prachtige binnenkomer. Daarnaast is een leuk tafeltje, plankje of kastje een mooie eyecatcher. Wat je op dat tafeltje, plankje of in een kastje zet, bepaalt uiteindelijk de specifieke sfeer die je neerzet. Leuke spulletjes, kunst, planten of boeken. Leef je lekker uit.
Laat de hal je een warm welkom geven. En een hartelijk gedag.